Jan Frederik Meursing maakte naast papieren foto’s en glasdia’s stereofoto’s. Zijn 13-18 cm camera was hier voor uitgerust. Er zijn 4 stereo kaarten in het klassieke formaat bekend. Diverse foto’s in de fotoalbums zijn losse foto’s van stereo-opnamen.
Eddie Marsman beschrijft in Scheepvaart voor de lens (2000) dat na de schenkingen aan het Scheepvaartmuseum in 1932 en 1949 de collectie niet altijd even zorgvuldig is beheerd. Zo kwamen originele afdrukken terecht tussen reproducties en werden stereofoto’s van elkaar losgeknipt.
Het Scheepvaartmuseum in Amsterdam heeft stereonegatieven in de collectie (Een scheepsbouwer met een bijzondere hobby, E.Streef, 1997). Deze zijn nog niet beschreven en gedigitaliseerd. Mogelijk zijn er toch nog meer stereofoto’s van Jan Frederik overgeleverd.
Stereofoto’s bestaan uit twee foto’s die tegelijkertijd zijn gemaakt van een zelfde onderwerp, vanuit twee horizontaal van elkaar verschoven standpunten; gewoonlijk circa 6 cm. Door de linker foto met het linker oog en de rechter afbeelding met het rechter oog te bekijken ziet de waarnemer door parallax de diepte die wij in werkelijkheid ook zien.
Eind 19e eeuw waren er vele stereokijkers te koop en menig (welgesteld) gezin had een kijker in huis. De TV van de 19e eeuw wordt de stereokijker ook wel genoemd. Hieronder zijn de vier stereokaarten te zien met een stereokijker van rond 1900.
Andere camera’s van Jan Frederik zijn bewaard gebleven en soms op foto’s afgebeeld (zie apparatuur), maar het is onbekend met welk type stereocamera de stereofoto’s zijn gemaakt.